Afdronk: Lang en schijnbaar eeuwig. De tonen van donkere bittere chocolade uit het sherryvat blijven tot het laatst aanwezig, samen met geroosterd eikenhout. De taaie toffeevruchten blijven aanwezig, maar zijn nu iets droger dan in de mond. Het drijfhoutvuur van de turf is nu gereduceerd tot enkele smeulende sintels. Opnieuw is de balans perfect en zingen alle elementen in harmonie.
GPort Ellen 40 jaar 1983/2023 (52,4%, The Duncan Taylor, Rarest Collection, Europees eiken sherryvat, vat #667, 209 flessen) Vijf sterren
Deze komt uit een van de laatste vaten die ooit zijn geproduceerd in de nu ‘oude’ Port Ellen-distilleerderij, gevuld op 16 maart 1983, gerijpt op Islay tot 2010 en vervolgens verplaatst naar het pand van Duncan Taylor in Huntly. De jaren 1983 zijn altijd een beetje zeldzaam geweest, aangezien de distilleerderij in mei werd gesloten. Ik heb ze vaak bijzonder voortreffelijk gevonden, alsof Port Ellen haar uiterste best had gedaan voordat het gordijn dichtging. Bij Brora is het trouwens hetzelfde geweest. Kleur: diep donker amber (er zat zelfs een klein vliegje, serieus!)
Neus: oh lieve Vishnu. Zou u de Anti-Maltoporn Brigade subito presto willen bellen? Teerachtige balsems, rokerige zalven, dennenlikeur, pistachenoten en bittere amandelen, en deze je-ne-sais-quoi die helemaal Port Ellen is. Een voortreffelijk balsamico – en empyreumatische – neus. Met water: oh, oud stuwmateriaal, kelder, vochtige jute, eucalyptus, oude verf, koolteer, lampolie, een druppel terpentijn… Mond (netjes): wat een kracht! Om een lang verhaal kort te maken: dit is mandarijnmarmelade, aangevuld met peper, teerlikeur, een beetje zeewater, zwarte olijven, hoestsiroop en, wacht even, een druppel mezcal. Een prachtige zwarte tabakssoort zorgt voor een perfecte ruggengraat zonder ooit echt in de weg te zitten. Met water: water is niet nodig, maar met slechts een paar druppels verschijnen er gerookte fruitlikeuren en jam, vooral perziken en, na 40 jaar, peren. Over het algemeen vinden we peren liever in jonge whisky’s, nietwaar? Afdronk: medium, met wat zeer evenwichtige sherry, as en tabak, oude walnotenwijn en dat soort dingen. Oude teerlikeur is er altijd. Rook in de nasmaak, maar het is geen turfmonster (meer?) Opmerkingen: dus inderdaad geen turfbeest meer, maar het is wel heerlijk bitumineus geworden. Nogal buitengewoon.
SGP:465 – 95 punten.